Ter gelegenheid van het 20 jarig bestaan van De Katholieke Jeugdbeweging
ontving de Haagse beeldhouwer Albert Termote opdracht een bronzen beeld van Sint Joris te maken.
Het kunstwerk zou het middelpunt gaan vormen van de landelijke feestelijkheden.
Vier Verkenners moesten het beeld kunnen dragen..
Albert Termote.
Op 23 april 1950, Sint Jorisdag begon de tocht in Persingen.
De eerste stop was het Buitencentrum Sint Walrick bij Overasselt.
Onder grote belangstelling werd het beeld gewijd door Mgr. Huurdeman.
De organisator van de zwerftocht was Hopman J.H.M. Wygerinck, rechts achter het beeld, uit Poort-Groenlo, de latere inspirerende beheerder van het buitencentrum St. walrick.
Toen begon de tocht door Nederland.
Grandioos was de zwerftocht, die overal grote belangstelling trok.
De kranten stonden er vol van en Prins Bernhard stuurde een Telegram.
In de draagberrie onder het beeld was een lade gemaakt voor een groot logboek.
Hierin werd op creatieve wijze verslag gedaan van de belevenissen onderweg.
Het logboek is goed bewaard gebleven en bevindt zich ligt nu in
Het Katholiek Documentatie Centrum te Nijmegen.
Wij hebben fotograaf Henk Baron gevraagd het logboek te fotograferen.
De zwerftocht die begon in Limburg ging daarna via de mijnstreek naar Maastricht
en door De Peel,
via Helmond en Geldrop naar Eindhoven ( 14 juni).
De volgende grote plaatsen waren; Den Bosch, Tilburg, Breda,
Bergen op Zoom, en Middelburg (10 september).
Rotterdam en den Haag volgden waar het beeld binnengedragen werd
in het Hoofdkwartier aan de Jan van Nassaustraat 113.
Via de bollenstreek, Haarlem, Alkmaar, gaat het naar Amsterdam (22 november).
Op een schuit door de Amsterdamse grachten.
Plechtige H.Mis in Amsterdam.
Daarna via Amstelland naar Gouda, Utrecht en tijdens
de jaarwisseling in het Gooi.
Tijdens de Kerst verbleef Sint Joris in sanatorium Berg en Bosch te Bilthoven.
Daarna door Eemland naar Zwolle en via Heerenveen en Sneek naar Leeuwarden.
Groningen volgt (4 februari), Drente, Almelo, Oldenzaal.
Hengelo en Deventer (11 maart).
Zutphen, Zevenaar, Arnhem komen daarna en door het land van Rijn en Waal bereikt het Nijmegen.
Het was de bedoeling dat het beeld weer naar Sint Walrick zou terugkeren.
Maar onderweg, op initiatief van Mart Rijkers, besloot men het beeld
een waardiger plaats te geven in het Kerkje van Persingen.
23 april 1951,
Burgemeester Sassen en Baron van Voorst tot Voorst begroeten elkaar
op het Sint Joris bruggetje over Het Meertje.
Even later komt het beeld aan in de Ooij-polder en gaat hier over de Sint Jorisbrug.
Links voor: Vaandrig Bart Laurier.
Links achter: PL Paul of Tonnie Kokke.
Rechts voor: PL Geer Roelofs.
En op een boomstam uit St Walrick werd het beeld op zijn plaats gezet.
Het kerkje verkeerde nog in slechte staat.
Maar de actie ’n Heitje voor een Karweitje was in voorbereiding.
Het beeld heeft 25 jaar lang in het Kerkje gestaan.
In 1975, twee jaar na de fusie van de NPV en KV, ging het beeld weer “op reis”.
Via de gemeentewerf van Beek-Ubbergen werd het naar St. Walrick gebracht.
Daarna volgde Leusden, voor de deur van Scouting Nederland.
De sokkel was verdwenen, de lans gebroken.
Bijna 19 jaar heeft het bestuur van
Het Kerkje van Persingen
gepleit om het beeld weer zijn oorspronkelijke plaats terug te geven.
23 april 2010 op Sint Jorisdag was het zover.
En zijn lans is gemaakt door bronsgieters van kunstenaars centrum De Olifant in Nijmegen.